exercise about zijn en hebben Other contents verb • Nederlands als tweede taal (NT2) Hebben en zijn Dutch beginner
Beschrijving van personen Other contents Beschrijving van personen, kleuren kleren • Nederlands als tweede taal (NT2) Wie is Wie Dutch Beginner
woordenschat het weer multiple choice • Nederlands als tweede taal (NT2) Het weer 1 Dutch beginner/intermediate
Juist of verkeerd Other contents Kamer voorwerpen, kleuren, beschrijving van een kamer • Nederlands als tweede taal (NT2) Beschrijving van een kamer Dutch grade 4
het uur oefeningen • Nederlands als tweede taal (NT2) Wd hoe laat is het? (1) Dutch Middelbare school
Ecris le bon numéro pour chaque image. Other contents fruit • Nederlands als tweede taal (NT2) Fruit - Associe Dutch Level 5-6
Luister en schrijf de getallen. • Nederlands als tweede taal (NT2) Getallen 1 tot 100 Dutch Level 5-6
voorzetsels in de huiskamer Other contents woordenschat, in de huiskamer • Nederlands als tweede taal (NT2) in de huiskamer Dutch beginner
Het juiste antwoord kiezen Other contents Woordenschat • Nederlands als tweede taal (NT2) Kleren Dutch Pre-intermediate
vind de woorden Other contents getallen • Nederlands als tweede taal (NT2) Getallen van 1 tot 20 - woordzoeker Dutch Level 5-6
Woordenschat oefeningen om landen-nationaliteiten en talen te oefenen • Nederlands als tweede taal (NT2) Landen - Nationaliteiten - Talen Dutch Middelbare school
Savoir accorder l'adjectif qualificatif en néerlandais Other contents Adjectif • Nederlands als tweede taal (NT2) L'accord de l'adjectif Dutch Grade 4
Wat eet en drinkt hij/ze graag? • Nederlands als tweede taal (NT2) Wat eet hij-ze graag? Dutch Middelbare school
Familieleden erkennen Other contents begrijpend lezen • Nederlands als tweede taal (NT2) Gezinsleden Dutch Grade 1
Woordenschat oefeningen • Nederlands als tweede taal (NT2) Waar woon je? Waar ligt dat? Dutch Middelbare school