Er was eens een nieuwsgierige jongen genaamd Ali. Hij hield van buiten spelen en ontdekken. Op een zonnige dag, terwijl hij door het bos liep, zag hij een grote, rode paddenstoel met witte stippen. Ali vroeg zich af wat voor soort paddenstoel het was. Tot zijn verbazing begon de paddenstoel tegen hem te praten!
"Ik ben een vliegenzwam," zei hij vriendelijk. "Ik kan je vertellen over het menselijk lichaam als je wilt." Ali knikte enthousiast en vroeg: "Wat kunnen onze ogen doen?"
De paddenstoel antwoordde: "Met onze ogen kunnen we dingen zien! We kunnen kleuren, landschappen en gezichten zien." Ali was onder de indruk en vroeg: "En wat kunnen we met onze handen doen?"
De paddenstoel legde geduldig uit: "Met onze handen kunnen we dingen vastpakken, tekenen, schrijven en knuffelen!" Ali wilde meer weten en vroeg: "Wat kunnen onze oren doen?"
De paddenstoel antwoordde: "Met onze oren kunnen we geluiden horen! Zoals muziek, vogelgezang en het geluid van de wind." Ali knikte begrijpend en vroeg toen: "En wat kunnen we met onze mond doen?"
De paddenstoel glimlachte en zei: "Met onze mond kunnen we eten, drinken, praten en lachen!" Ali was nieuwsgierig naar nog meer en vroeg: "Wat doet onze buik?"
De paddenstoel antwoordde: "Onze buik helpt ons om te voelen wanneer we honger hebben." Ali knikte begrijpend en vroeg toen: "Wat kunnen we met onze neus doen?"
De paddenstoel vertelde: "Met onze neus kunnen we ruiken! We kunnen de geur van bloemen, versgebakken brood en regen ruiken." Ali was verbaasd over al deze dingen. "En wat doen onze voeten?" vroeg hij.
De paddenstoel lachte en zei: "Onze voeten dragen ons door het leven! Ze laten ons stappen, rennen en springen. En ze helpen ons om de wereld te verkennen!" Ali bedankte de paddenstoel voor alle informatie en beloofde terug te komen om nog meer te leren. Hij liep verder door het bos, vol verwondering over alle wonderen van het menselijk lichaam en de natuur.